De chihuahua wordt beschouwd als de kleinste rashond ter wereld. Zijn naam ontleent hij aan de Mexicaanse staat Chihuahua waar hij het
meest voorkwam, verder is er van zijn oorsprong weinig bekend, alhoewel er wel allerlei verhalen en legendes de ronde doen.
Chihuahua's zouden als offerdier gebruikt zijn, ze zouden gegeten zijn bij bijzondere gebeurtenissen zoals geboortes, huwelijken, begrafenissen
en zouden verwant zijn aan de heilige honden van de Azteken.
Feit is dat ze aan het eind van de 19e eeuw door Amerikaanse toeristen mee zijn gebracht naar hun thuisland en dat ze daar al snel steeds
populairder werden. Op dat moment waren er uitsluitend kortharige chihuahua's, de langharige variant is er door inkruisen van andere dwergrassen
bij gekomen.
Hoewel de chihuahua een klein ras is willen ze dat zelf niet geweten hebben, ze voelen zich veel stoerder, sterker en groter dan ze in werkelijkheid
zijn en durven best op luidruchtige toon hun aanwezigheid kenbaar te maken. Dit kan wel eens tot gevaarlijke situaties leiden als ze provocerend
gedrag vertonen tegenover andere (grote) honden. Als deze daar op in gaan kan dit wel eens helemaal verkeerd uitpakken voor die kleine schavuit.
Het is daarom belangrijk dat de chihuahua goed opgevoed en gesocialiseerd wordt. Ze zijn slim genoeg om dit snel te leren. Leer uw pup al
meteen om deemoedig gedrag te vertonen als ze in de buurt komen van andere (grote) honden. Leer hem om zich om te draaien, of zijn kop te
draaien en niet te keffen naar andere honden (probeer hem niet op te tillen, ten 1e voelt uw hondjes zich dan enorm gesterkt door u en zal
waarschijnlijk alleen maar harder gaan blaffen, ten 2e kan een grote hond hierdoor denken dat u hem een prooi aanbiedt wat voor u en uw hondje
gevaarlijk is. Wel kunt u uw hondje snel verstoppen, onder uw jas, in uw tas enz.). Waar het voor een andere hond misschien op een kleine
schermutseling uitdraait als beide honden niet onder willen doen voor de ander, kan het voor zo'nn klein hondje al snel desastreuze gevolgen
hebben. Een lomp geplaatste poot, een flinke kopstoot of een beet in de nek, al dan niet met een keer schudden, kan ervoor zorgen dat de
chihuahua ernstige verwondingen oploopt of zelfs overlijdt.
Ook zelf zal je steeds alert moeten zijn dat je niet per ongeluk op zijn pootje gaat staan, dat hij niet van je schoot of de stoel springt. Voor de iele
pootjes van zo'n klein hondje kan dit al snel tot breuken leiden. Zo'n hondje is zeker ook geen (kinder)speelgoed. Vooral met druk en onvoorspelbaar
gedrag van (kleine) kinderen heeft hij moeite waardoor hij wel eens een beet uit kan delen. Tegelijkertijd verdedigd hij zijn baasjes tegenover
vreemden. Let hier op als er vreemde kinderen komen spelen. Als het er te ruw aan toe gaat, (of de chihuahua dénkt dat het stoeien zijn ingrijpen
vereist) kan hij wel eens voor ongewenste inmenging zorgen. Dit verklaart ook het typische beeld van een keffende chihuahua op de arm van zijn
baasje. Zij moet met hand en tand verdedigd worden!
Zorg er ook voor de uw tuin goed afgemaakt is, want de slimmeriken hebben maar een muizengat nodig om de vrijheid tegemoet te gaan.
Uw chihuahua kan best een flinke wandeling aan, en hoeft daarbij zeker niet gedragen te worden, tenslotte heeft hij 4 pootjes waar wij er
maar 2 hebben. Bij een stevige wandeling hoeft uw hondje zeker geen jasje aan, maar als het koud of regenachtig weer is en u weet dat
er maar wat geslenterd gaat worden, van de ene winkelpui naar de andere, op het gemak naar de Kerstmarkt, geef uw (kortharige) hondje
dan een extra bescherming aan.
Een hondje van een klein ras zoals de chihuahua is, vooral in zijn puppyperiode, vatbaar voor hypoglycemie, dit is een tekort van suikers in
het bloed. Zorg daarom dat uw hondje voeding krijgt met een hoge voedingswaarde, liefst meerdere keren per dag (bij een puppy is het
noodzakelijk dat hij 4-5 keer/dag eten krijgt). Hoogwaardige suikers (zoals glucose, fructose, dextrose) in het drinkwater helpen ook dit
probleem in de hand te houden. Een hondje met hypoglycemie wordt lusteloos, heeft geen eetlust meer, kan flauw vallen en uiteindelijk
in coma raken en overlijden. Tussen de eerste zichtbare verschijnselen en een eventueel overlijden zit maar enkele uren. Daarom is het
zeer belangrijk om snel te reageren als u merkt dat uw hondje suf reageert. Als hij nog een slikreflex heeft kunt u hem suikerwater toe dienen.
Als uw hondje geen slikreflex meer heeft kan alleen een infuus bij de dierenarts uw hondje nog redden.
Zoals steeds met moderassen het geval is geweest zijn er ook hier wat erfelijke aandoeningen het ras ingeslopen, patella luxatie (verspringende
knieschijf), tranende ogen door te kleine traanbuisjes, niet gesloten fontanel zijn de meest voorkomende. Ook "reversed sneezing" (omgekeerd
ademhalen) komt regelmatig voor bij kleine rassen. Laat uw hondje slikken (door even zijn keel te masseren) en hij ademt weer normaal.
Van de chihuahua wordt in de rasbeschrijving geen formaat genoemd, hoewel de meesten een schofthoogte hebben rond de 20 cm. Wel
wordt een gewicht genoemd tussen 0.5-2.5 kg. Let er echter op dat de hele kleine mini hondjes veel vaker gezondheidsproblemen hebben
dan de iets grotere.
Chihuahua's zijn er in korthaar en langhaar. Elke kleur en kleurschakering is geoorloofd.
Vachtverzorging
Voor de kortharige chihuahua:
Een kortharige hond met ondervacht heeft een dubbele vacht, en deze ondervacht of onderwol komt 2 x per jaar in de rui. Als deze
ondervacht los komt kunt u het best een handje helpen door een goede borstelbeurt, hij is dan het snelst van al die overtollige haren
verlost, en u dus ook. Laat uw pup al jong wennen door hem af en toe met een zachte borstel te borstelen. Is uw hond volwassen dan
kunt u de vacht tussen de ruiperiodes in het best met rust laten.
Hoe ziet u dat uw hond in de rui is? Natuurlijk vind u haren in huis, maar probeer u nog even te bedwingen met borstelen tot de rui echt
goed doorzet. U kunt dit zien doordat de dode haren, die lichter van kleur en dof zijn, naar de oppervlakte schuiven. Dit ziet u het best
op de flanken. U borstelt hem dan met een rechte pennenborstel, en eventueel met een fijngetande kam zet de tanden van de kam
steeds in een hoek van ongeveer 20 graden op de huid van de hond en kam of borstel steeds met de groeirichting van de haren mee.
Tegenwoordig heb je een nieuw soort kam (de furminator of iets gelijkaardigs van een ander merk) die je kan gebruikt om de onderwol
eruit te kammen. Gebruik deze wel uitsluitend in de ruiperiode. Losliggende haren tussen de ruiperiodes in kan je met een rubber
noppenborstel of noppenhandschoen, of gewoon met een vochtig doekje wegwrijven.
De haren van uw kortharige hond glanzen hierna weer als vanouds.
Voor de langharige chihuahua:
Deze honden hebben een zg. gecombineerde vacht met gedeeltelijke ondervacht. De vacht bestaat dus uit een korter gedeelte op
de rug en langere haren aan de poten, oren, buik en broek (vlaggen en behang genoemd). Meestal hebben ze een enkele vacht
op hun rug en over de rest van het lichaam hebben ze een ondervacht. Deze ondervacht komt 2x per jaar in de rui. Op deze momenten
wordt de vacht dof, dit is het eerst te zien op de flanken, en moet dan zeer grondig uitgeborsteld en uitgekamd worden. Dit is
een langdurig werkje waar een ervaren hondenkapster toch wel enkele uren mee bezig is, maar dat u net zo goed zelf kunt, mits
u het geduld hiervoor op kunt brengen. Het is belangrijk om al de ruiharen er op een zo kort mogelijke termijn uit te kammen, hooguit
op enkele dagen, omdat de levensduur van een hondenhaar op zijn hele lichaam dezelfde is. Als u de ruihaar er op 1 dag uit kunt
borstelen betekend dit dus dat alle haren over een half jaar samen in de rui komen waardoor u niet veel last hebt van haaroverlast.
Tussen de ruiperiodes in heeft de vacht niet veel onderhoud nodig. Enkele plaatsen op het lichaam moet u tussentijds klitvrij houden.
Deze plaatsen zijn de fringles rond de oren, onder oksels en liezen en aan de achterkant van de achterpoten, eventueel ook de staart.
Hier moet regelmatig geborsteld of gekamd worden, probeer tussen de ruiperiodes in wel uitsluitend de bovenvacht te borstelen en
niet tot in de ondervacht te borstelen of kammen.
Om de ondervacht uit te borstelen moet de vacht laag voor laag grondig geborsteld worden met een rechte pinnenborstel (géén
universeel borstel met kromme ijzeren pennetjes) hierna moet de vacht laag per laag uitgekamd worden met een grof getande kam,
en hierna nogmaals met een fijngetande kam om de laatste haren uit te kammen. Zorg hierbij dat u gemakkelijk kunt werken en dat
uw hond niet constant weg loopt. U kunt uw hond bv op een tafel zetten met een riem rond buik en hals die u aan het plafond bevestigd.
Houdt er bij castratie of sterilisatie rekening mee dat uw hond een zg. castratievacht kan krijgen. Dit is een vacht die waarbij de
onderwol "op hol" slaat en langer wordt dan de bovenvacht, u krijgt dan een hond met een wollige, pluizige vacht te zien.
Als u vindt dat de vacht van de hond op sommige plaatsen te lang wordt (bv op de achterpoten of oren) laat deze dan NOOIT
knippen of scheren, maar laat deze dan uitplukken bij een goede hondentrimmer die verstand heeft van hondenvachten. Vraag
hoe ze de vacht van de hond gaat behandelen, wat ze van plan is te gaan doen. Nog te vaak komen honden bij de hondentrimmer
vandaan waar ze een behandeling hebben gekregen die niet overeenstemt met hun vacht. Tenslotte is het vak van hondentrimmer
geen beschermd beroep en wordt er veel te vaak naar schaar of scheermachine gegrepen.
Heeft uw hond toch een erg vaste klit, die u niet uitgeplozen krijgt met uw vingers, neem dan een schaar met een scherpe punt, zet de
punt tussen huid en klit en knip zo, naar buiten toe, de klit enkele keren door. Op deze manier beschadigd u de vacht minimaal en kunt
u de klit gemakkelijk uitpluizen met uw vingers en daarna verder uitkammen.
Wassen
Probeer uw hond zo weinig mogelijk te wassen, misschien is het voldoende om uw hond goed af te spoelen met lauwwarm water. De
vacht van uw hond is vet, waardoor vuil en vocht zich niet vastzet op de vacht. Bij het wassen met shampoo ontvet u de vacht,
waardoor vuil en vocht zich echt vastzet op de vacht. Het gevolg kan zijn dat uw hond er, de dag nadat hij gewassen is, viezer uitziet
dan voor zijn wasbeurt! Als het toch nodig is om hem te wassen, doe het dan met een milde honden- of puppyshampoo, gebruik
geen shampoo voor mensen, de PH waarde van onze huid is volledig anders dan de PH waarde van de huid van de hond, waardoor
onze shampoo nog veel agressiever voor zijn vacht is.
Borstel steeds uw hond goed uit VOOR het wassen, klitten in de vacht krijgt u na het wassen en drogen vrijwel niet meer uitgeborsteld.